Herkomst
Wie Bordeaux zegt, zegt merlot. Het is dan ook de meest aangeplante druif van dit bekende Franse wijngebied. De druif dankt zijn naam aan het Franse woord ‘merle’ wat ‘merel’ betekent en waarschijnlijk refereert naar de donkere kleur van de vogel óf het feit dat ze graag een merlot-druif als snackje meepikken. Al eeuwen lang groeien de merlot-druiven (voornamelijk) aan de rechteroever van de Gironde-rivier die de Bordeaux in twee delen opsplitst. Merlot-druiven houden van natte voeten en gedijen dus goed in de vochtige kleigronden van het Saint-Émilion gebied. Aan de linkeroever groeit grote broer cabernet sauvignon ‘t best. Door de nabijheid én complementaire eigenschappen werken deze broers al sinds jaar en dag samen en vind je ze vaak in combinatie met elkaar. De vroegere rijping van de merlot en zijn zachtheid en body gaan perfect samen met de langere rijping van de cabernet en zijn frisheid en structuur. Ondanks dat de merlot een echte Bordeaux-druif is, vind je ‘m tegenwoordig ook ruimschoots hierbuiten en is het zelfs de 3e meest aangeplante druif ter wereld. In het Franse Languedoc en het Italiaanse Toscane is de merlot ook enorm populair. Maar ook ‘Nieuwe Wereld’ landen als de Verenigde Staten, Australië, Chili en Argentinië weten er wel raad mee.